- Duits: Furor therapeuticus, der
Het ongebreidelde verlangen de ander beter te maken. Het zal en het moet, zelfs nadat een behandeling in feite als mislukt moet worden beschouwd. Deze overijverigheid kan leiden tot nooit eindigende behandelingen. De furor kan voortkomen uit een onvermogen om eigen onmacht en beperktheid te erkennen. Om zich niet afhankelijk te hoeven voelen, probeert men anderen van zichzelf afhankelijk te maken en voor hen de ideale ouderfiguur te zijn die men zelf als kind heeft gemist. Deze furor maakt deel uit van het hulpverlenerssyndroom en er steken reddersfantasieën achter. Karakteristiek voor deze constellatie, ook wel Florence Nightingalesyndroom genoemd, is dat de helper de hulpvragende zeker zo hard nodig heeft als omgekeerd. Freud schrijft erover: ‘[…] per slot van rekening kan de menselijke samenleving de furor sanandi evenzeer missen als welk ander fanatisme ook’ (1915a; 6: 446v).
Literatuur
- Freud, S. (1915a) ‘Verdere adviezen over de psychoanalytische techniek III: Opmerkingen over de overdrachtsliefde’, Werken 6: 434, 436-447.