Psychoanalytisch Woordenboek

Biografie

  • Duits: Biographie, die
  • Frans: biographie

Vooral in het begin van zijn carrière heeft Freud vaak voorbeelden uit zijn eigen leven gebruikt in zijn geschriften. Bovendien bestaat er onmiskenbaar een verband tussen Freuds persoonlijke ontwikkeling en de wordingsgeschiedenis van de psychoanalyse. Het ligt dus voor de hand dat sommigen interesse kregen in zijn persoon, al benadrukte Freud dat men zich moest interesseren voor de psychoanalyse en niet voor zijn persoon. De biograaf heeft volgens Freud de neiging zijn hoofdpersoon te idealiseren of eventueel het tegendeel daarvan te doen. De details van het seksuele leven, die voor een psychoanalyticus wezenlijk zijn voor een goed verstaan, ontbreken gewoonlijk. ‘Wie biograaf wordt verplicht zich tot leugens, tot verheimelijken, huichelarij, mooimakerij en zelfs tot het verbergen van zijn onbegrip, want de biografische waarheid is niet te verkrijgen, en als men haar had, zou ze niet te gebruiken zijn. De waarheid is niet gangbaar, de mensen verdienen haar niet […]’ (brief aan Arnold Zweig van 31-5-1936). Voor autobiografieën geldt dit nog meer: ‘Wat alle autobiografieën waardeloos maakt is immers hun leugenachtigheid’ (Freud, 1960a; brief aan zijn neef Edward Bernays 10-8-1929). Ondanks Freuds grote twijfel over de waarde van biografieën, laat staan autobiografieën, is het genre sterk door de psychoanalyse beïnvloed.

Vermeldenswaardig is nog de volgende notitie in het officiële blad van de psychoanalytische beweging bij gelegenheid van een psychologisch geschrift over een Amerikaanse presidentskandidaat in verkiezingstijd: ‘Bij deze gelegenheid willen wij benadrukken dat wij volstrekt niet akkoord gaan met de tendens om de psychoanalyse voor inbreuken op het privéleven te benutten’ (1912j; 10: 26). Dit alles heeft niet kunnen verhinderen dat Freuds leven de afgelopen eeuw grondig is uitgeplozen. Bekende biografen, maar bepaald niet de enigen, zijn bijvoorbeeld Ernest Jones (drie delen, vanaf 1953), Peter Gay (1988) en Louis Breger (2000).

Literatuur

  • Binswanger, L. (1956) Erinnerungen an Sigmund Freud. Francke Verlag, Bern.
  • Breger, L. (2000) Freud. Darkness in the midst of vision. Jon Wiley & Sons, New York etc.
  • Freud, S. (1912j) ‘Noot bij Ernest Jones, “Psycho-Analyse Roosevelts”’, Werken 10: 26.
  • Freud, S. & Zweig, A. (1968) Briefwechsel. E. Freud (red.). S. Fischer, Frankfurt am Main.
  • (1960a) S. Freud (1960) Briefe 1873-1939. E. & L. Freud (red.). S. Fischer, Frankfurt am Main.
  • Gay, P. (1988) Freud, a life for our time. Norton, New York/Londen.
  • Jones, E. (1953-1957) Sigmund Freud. Life and work. 3 delen. The Hogarth Press, Londen.
Verder op psychoanalytischwoordenboek.nl: