Psychoanalytisch Woordenboek

Vitaliteitsaffecten

  • Duits: Vitalitätsaffekte, die

Gewoonlijk wordt de emotionele beleving beschreven in termen van ‘categorische affecten’: geluk, verdriet, angst, boosheid, afkeer, verrassing, belangstelling, en wellicht schaamte, en hun combinaties. Hierbij wordt meestal de intensiteit (graad van activering) van deze affecten en hun lust- of onlustgehalte vermeld.

De menselijke ervaring kan ook beschreven worden in dynamische, kinetische termen, zoals ‘opwellend’, ‘wegstervend’, ‘explosief’, ‘crescendo’, ‘decrescendo’, ‘losbarstend’, ‘aanhoudend’, enzovoort. Naast de categorische affecten kennen ook alle andere vitale levensprocessen, zoals honger, ademhaling, uitscheiding, inslapen en wakker worden, gewaarworden en denken, een bepaald verloop in de tijd. Stern (1985) stelde hiervoor de term ‘vitaliteitsaffecten’ voor. We ervaren deze subjectief als dynamische verschuivingen of veranderende patronen bij onszelf en bij anderen. De onderscheiden vitaliteitsaffecten worden gedragen door patronen van verandering in de tijd (‘activeringscontouren’).

De baby zou eerst de vitaliteitsaffecten bij de verzorger ervaren, vóór hij formele handelingen kan onderscheiden. Ouders passen dit intuïtief toe, bijvoorbeeld om het kindje te troosten.

Later zijn abstracte dans en muziek typische voorbeelden van de expressiviteit van vitaliteitsaffecten. In de psychoanalytische kuur zijn deze vitaliteitsaffecten aanwezig, zowel bij de analyticus als bij de analysant. Zij spelen ongetwijfeld een belangrijke rol, ook al zijn ze niet expliciet aanwezig in het gesproken discours. [JDe]

Literatuur

  • Stern, D.N. (1985) The interpersonal world of the infant. A view from psychoanalysis and developmental psychology. Basic Books, New York.
  • Stern, D.N. (2004) The present moment in psychotherapy and everyday life. W.W. Norton, New York/Londen.
Verder op psychoanalytischwoordenboek.nl: